Zoeken

Generic filters
Exact matches only
Stroomversnelling op linkedinStroomversnelling op twitterStroomversnelling op youtubeStroomversnelling op flickr

Van Wijnen treedt toe tot Stroomversnelling

Begin juni is ontwikkelende bouwer Van Wijnen lid geworden van Stroomversnelling. We spreken met Roelof Faber (Regiodirecteur Van Wijnen Noord-Oost) over de visie van het bedrijf op de energietransitie, en over de grootste opgave die voor ons ligt: de verduurzaming van particulier bezit.

Waarom wordt Van Wijnen juist nu lid van Stroomversnelling?
“Ik denk dat we het binnen Van Wijnen op zich goed voor elkaar hebben, zeker als je kijkt op het vestigingsniveau. Maar als we een volgende schaalsprong willen maken om de ‘Parijse’ doelstellingen te kunnen halen, dan hebben we elkaar keihard nodig. Je moet met z’n allen een slimme denktank organiseren die, ook in de lobby, meer snelheid kan organiseren.”

Van Wijnen heeft met het Fijn Wonen concept een stevige positie ingenomen als het gaat om industrialisatie in de nieuwbouw. Kijken jullie ook naar seriematige opschaling in de renovatie?
“De opgave in de bestaande bouw – de energetische verbetering van woningen – is zo groot dat je er niet aan ontkomt dat er meer vanuit concepten gewerkt wordt, en dat er meer geïndustrialiseerd wordt. Anders gaan we de doelstellingen nooit halen.”


“Toen we begonnen aan de energietransitie dachten we nog in objecten. We hadden het over de verduurzaming van één woning. Bijvoorbeeld door middel van een extra schil, zoals bekend van de eerste NOM-concepten. Later zijn we gaan denken in blokken en straten, maar inmiddels denken we in wijken. Daar komt het allemaal bij elkaar. Het idee is dat op basis van de Transitievisie Warmte van een gemeente straks hele wijken in één keer van het gas af gaan. Dat geeft je de kans om een complete wijk aan te pakken en daardoor krijg je de benodigde schaal.”

Op jullie website is te lezen dat Van Wijnen gebruik maakt van big data in de wijkaanpak
“Data gebruiken wij vooral om een goede gesprekspartner te zijn voor woningcorporaties en gemeenten. We weten welke wijken straks als eerste van het gas af gaan, en onze datatool geeft vervolgens extra inzicht in die wijken. We weten bijvoorbeeld waar een corporatie bezit heeft, en waar veel particulieren wonen. Een flink aantal particuliere woningen in een wijk maakt nogal wat uit voor je aanvliegroute: je hebt of één opdrachtgever, of je hebt er maar liefst 1500. Dat is een van de opgaves waar we voor staan. Veel bouwbedrijven zijn nu al goed bezig met corporatiebezit, maar het particuliere bezit moet nog in beeld komen.”


“Ik merk dat we vaak worden uitgenodigd door gemeenten, omdat we mede dankzij de data een visie hebben op wijken en buurten. We kunnen vrij snel duidelijk maken welke route wij voor ons zien bij een wijkgerichte aanpak. Dan zit je dus als een goed voorbereide, serieuze gesprekspartner aan tafel. Bedenk dat we komen uit een vraag-gestuurde periode, maar dat we momenteel kantelen naar een aanbod-gestuurde periode, wat inhoudt dat we vaker zelf met voorstellen komen. Vanuit die gedachte is onze hele organisatie aangepast. Dit heeft ook te maken met gebrek aan personeel bij corporaties en bij gemeenten. Als je kennis hebt van zowel de processen als van de techniek, dan kun je elkaar echt ondersteunen in de wijk.”


“Voor corporaties hebben we bijvoorbeeld een speciale tool ontwikkeld. Dit is een kompas waarbij de klant de bestemming bepaalt, en wij vervolgens helpen om de juiste route uit te stippelen naar een verduurzamingsdoel. Zoals scenario’s voor een jaren ‘70-woning die morgen, over tien jaar of dertig jaar gasloos moet zijn. In deze online tool kunnen we samen met de klant vrij snel zien wat een bepaalde energetische ingreep doet met een woning. Want als we kijken naar de woningtypologieën in Nederland, dan valt er best veel te categoriseren. Van sommige typen rijtjeswoningen uit de jaren ’70 zijn er duizenden gebouwd. Die vinden we door heel Nederland. Als we daarvoor een goed plan uitwerken kunnen we snel de juiste maatregelen bedenken en er de juiste prijs aan hangen. Dat is voor Van Wijnen een vorm van voor-investeren. We nemen een deel van de taken van de corporatie over.

Dit lijkt op het idee van bouwstromen. Werken jullie ook met vaste partners aan het opzetten van bouwstromen?
“Wij werken landelijk samen met een paar vaste partners, ik noem Takkenkamp en Rc Panels. We zijn nog wel op zoek naar meer ketenpartners. Dat is wellicht iets wat het Stroomversnelling lidmaatschap ons in de toekomst gaat brengen.”

Dat roept ook de vraag op wat Van Wijnen aan Stroomversnelling te bieden heeft.

“Sowieso onze kennis en de ervaring met het verduurzamen van bestaand vastgoed. Daarnaast hebben we ook een breed netwerk. Aan de kant van de opdrachtgevers, maar ook aan de kant van de aanbieders.”

Als je me vraagt wat in de nabije toekomst de grootste uitdaging wordt, dan is dat ongetwijfeld het particuliere bezit. De vraag is of je al die woningen straks individueel gaat verduurzamen of dat er een vorm van gedelegeerd opdrachtgeverschap komt, bijvoorbeeld vanuit een gemeente binnen een wijkaanpak.

Als je kijkt naar de rol van de politiek, de wet- en regelgeving, wat kan er dan beter?
“Bij nieuwbouw zijn de uitdagingen momenteel het grootst, maar als ik kijk naar de renovatieopgave vind ik dat er best veel goed gaat. Maar wel met één kanttekening: dat komt doordat we ons nu vooral richten op corporatiebezit. Als je me vraagt wat in de nabije toekomst de grootste uitdaging wordt, dan is dat ongetwijfeld het particuliere bezit. De vraag is of je al die woningen straks individueel gaat verduurzamen of dat er een vorm van gedelegeerd opdrachtgeverschap komt, bijvoorbeeld vanuit een gemeente binnen een wijkaanpak. Ik geloof zelf meer in een collectieve aanpak, en wat mij betreft moeten we daar heel goed over gaan nadenken. En dan met name over de financiering. Je vraagt een particulier om een investering te doen van pak em beet 20.000 euro. En je zegt erbij dat dit bedrag in een jaar of zeven is terugverdiend. Maar iedere particulier denkt: er zijn nog veel meer dingen waar ik 20.000 euro aan zou willen uitgeven. Waarom zou ik nu doen, en waarom niet over een paar jaar? Zelf vind ik het als particulier ook knap lastig. Welk installatieconcept moet ik kiezen? Ik heb zelf een monumentaal huis. Voor mij is het ook best een uitdaging, terwijl ik het nota bene leuk vind om me erin te verdiepen. Dat laatste geldt zeker niet voor de gemiddelde Nederlander.”

Welke rol ligt hier voor politiek Den Haag?
“Ik denk dat je een concreet plan moet ontwikkelen dat duidelijk maakt hoe het voor particulieren werkt, inclusief financiering. Misschien moeten de banken aansluiten, misschien moeten er meer fiscale mogelijkheden komen. Want je kunt wel subsidies aanbieden, maar dat is voor veel mensen ook knap lastig, qua uitzoekwerk, en voor je het weet is zo’n subsidiepot weer leeg. Ik denk dat het structureel anders moet worden aangepakt.”

Deel dit bericht via social media: