Zoeken

Generic filters
Exact matches only
Stroomversnelling op linkedinStroomversnelling op twitterStroomversnelling op youtubeStroomversnelling op flickr

Stroomversnelling verrijkt kostenkentallen database met vier omreken-methodieken

Sinds 2000 publiceert RVO kostenkentallen waarmee je indicatief de investeringskosten voor energiebesparende maatregelen in de bestaande bouw kunt berekenen. De database wordt bijvoorbeeld gebruikt voor beleidsontwikkeling en haalbaarheidsstudies. Ook woningcorporaties en gemeenten kunnen er gebruik van maken. Stroomversnelling heeft onlangs vier omreken-methodieken ontwikkeld die de kostenkentallen breder inzetbaar maken. Deze ‘omrekensporen’ zijn nu beschikbaar op de RVO-website.

Stroomversnelling directeur Ivo Opstelten legt uit waarvoor de kostenkentallen gebruikt (kunnen) worden, en hoe je eventueel zelf aan de slag kunt gaan met de omrekensporen.

Ivo Opstelten: “Marktpartijen gebruiken deze database bijvoorbeeld om een indicatie te krijgen van de kosten van verduurzamingsopties, in de fase voordat offertes nauwkeurigere informatie geven. Overheden gebruiken de kentallen onder andere om beleidsaanpassingen door te rekenen. Denk bijvoorbeeld aan de Standaard en Streefwaarden. De kentallen zijn gebruikt om te beoordelen wat de meerkosten van mogelijke maatregelpakketten zijn op natuurlijke vervangingsmomenten, om dat af te kunnen zetten tegen de verlaging van de energierekening. Maar de database wordt ook gebruikt voor de onderliggende berekeningen van Milieu Centraal op Verbeterjehuis.nl, dus voor een indicatief advies aan particulieren. Al met al een brede waaier aan toepassingen dus.”

“Stroomversnelling heeft nu samen met BZK een viertal zogenaamde ‘omrekensporen’ gemaakt, die helpen om de kentallen beter en breder toepasbaar te maken. Alle informatie hierover vind je in de Publicatie Omrekensporen Kostenkentallen, een handreiking die onlangs is toegevoegd aan de kostenkentallen website van RVO.”


Specifieke bedragen, TCO en referentiesituatie
“Als een standaard indicatieve berekening niet voldoet voor jouw doeleinden, dan kun je het resultaat aanscherpen, oftewel ‘projectspecifiek maken’ door de daadwerkelijke afmetingen van een gebouw in de berekening te verwerken. Dat is één van de vier omrekensporen. In onze handreiking wordt precies beschreven hoe je dat doet. Een ander omrekenspoor dat ik wil noemen is de ‘Total Cost of Ownership’ berekening. Zonder meer een nuttige exercitie voor veel woningcorporaties. En misschien wel de belangrijkste toepassing wat mij betreft is het omrekenspoor ‘Vergelijking met referentiesituatie’. Aan de hand van praktijkvoorbeelden leggen we daar uit hoe je de kosten van een verduurzamingsingreep kunt vergelijken met een referentiesituatie. Zo kun je bijvoorbeeld een indicatie krijgen van de eventuele meerkosten ten opzichte van de referentie ‘in stand houden’ of de referentie ‘alternatief maatregelpakket’.”


“Stel dat je voor een bepaald woningtype sowieso het glas of het dak moet vervangen. Dan kun je dat doen met instandhouding van de oude energieprestatie, of je kunt ervoor kiezen om te verduurzamen. Je weet al dat je kosten maakt voor het in stand houden, maar als je toch moet investeren, wat zijn dan de eventuele meerkosten van een slimme upgrade van het gebouw? Door die bril hebben we naar dit omrekenspoor gekeken.”

Ontbrekende informatie
“Bij een omrekening komt soms wat meer kijken dan een rijtje getallen in een formule pluggen. Het kan voorkomen dat je bepaalde gegevens mist, of dat je op zoek moet naar geschikte bronnen om extra informatie vandaan te halen. Daarom kijken we in de handreiking ook naar de vraag ‘wat mis ik nog’, en we bespreken hoe je goed kunt aangeven wat je nog mist. Met dit gegeven in het achterhoofd hebben we er ook bewust voor gekozen om geen kant-en-klare rekentool te maken op basis van de omrekensporen. Je zou wél kunnen zeggen dat we alvast hebben voorgekookt hoe je je eigen rekentool kunt maken.”

Juiste volgorde
“Het kan voorkomen dat je alle vier de omrekensporen tegelijk wil toepassen op één project. Dan is het belangrijk dat je ze in de juiste volgorde inzet. Als je bijvoorbeeld de TCO van een project met specifieke afmetingen wil bepalen, dan is het projectspecifieke kostenkental uit het eerste omrekenspoor input voor de TCO, en niet andersom. Dit wordt allemaal uitgelegd in de handreiking.”

“De vier omrekensporen die we nu hebben beschreven zijn geselecteerd naar aanleiding van gesprekken met partijen die de kostenkentallen nu al gebruiken. Er zijn ook andere omrekeningen mogelijk, maar de vier die we nu hebben opgenomen waren duidelijk gewild en goed uitvoerbaar met de huidige kostenkentallen opzet.”

“Met deze omrekensporen hebben we samen met RVO vooral ook willen bijdragen aan een gedeeld begrippenkader en een eenduidige methodiek voor dergelijke omrekeningen. Het gaat immers om een belangrijke database die breed wordt ingezet.”

Op 31 oktober organiseer Stroomversnelling de Energy-Up webtalk Hoe haal je meer uit de Kostenkentallen?  Jolein Schorel en Ivo Opstelten gaan tijdens deze webtalk in op de aandachtspunten bij gebruik van de Omrekensporen en het optimale gebruik van de Kostenkentallen en de Omrekensporen voor verschillende toepassingen. Klik hier voor meer informatie en om je gratis aan te melden.

Deel dit bericht via social media: