EPV 2.0 kan voor corporatiesector meer opleveren dan afschaffing verhuurderheffing
Op 1 oktober 2023 is de vernieuwde Energieprestatievergoeding ingegaan, ook wel bekend als de EPV 2.0. Woningcorporatie Woonconcept en BAM Wonen hebben inmiddels het eerste project aangemeld. Het betreft 19 sociale huurwoningen in Steenwijk die naar nul-op-de-meter (NOM) zijn verduurzaamd. Een heel fraaie primeur, maar denk nu niet dat de vernieuwde EPV alleen geldt voor NOM-woningen. Hij is veel breder inzetbaar!
Sjoerd Klijn Velderman en Ivo Opstelten (Stroomversnelling) gaven op 10 oktober een presentatie over de EPV 2.0 die kan worden teruggekeken op YouTube. In krap drie kwartier tijd worden voor woningcorporaties, bouwers, onderhoudspartijen en leveranciers van software en/of monitoring-apparatuur de belangrijkste feiten over de EPV 2.0 op een rij gezet.
Download de Q&A (vragen en antwoorden uit de chat)
Download de presentatie van Sjoerd Klijn Velderman
Korte geschiedenis
In een min of meer ‘verplichte’ historische inleiding – Stroomversnelling stond immers mede aan de basis van de Energieprestatievergoeding – geeft Sjoerd Klijn Velderman aan wat er allemaal is veranderd sinds de introductie van de eerste EPV-regeling in 2016. “We hebben inmiddels gasloze nieuwbouw, het Klimaatakkoord, de Standaard en Streefwaarden, de gemeentelijke Transitievisies Warmte en misschien wel het belangrijkst: voor woningcorporaties gelden er nu Nationale Prestatieafspraken. Mede naar aanleiding daarvan mogen verhuurders geen extra huur meer vragen voor isolerende maatregelen. Maar ook de vrije sector wordt aan banden gelegd, en iedereen moet straks aan de isolatiestandaard voldoen. Een goed moment dus om het over de EPV 2.0 te hebben,” aldus Sjoerd.
“Het verschil tussen de standaard voor woningisolatie en de EPV-basis is heel klein.”
“Het uitfaseren van de EFG-labels en het aardgasvrij maken van de portefeuille vragen momenteel de volle aandacht van woningcorporaties. Over 27 jaar moet alle bezit minimaal voldoen aan de Standaard. Je zou kunnen zeggen dat we staan voor de grootste verbouwing van Nederland ooit. We moeten een ritme en een tempo opbouwen dat 27 jaar lang volgehouden kan worden. Daarvoor is veel geld nodig, en daarom is er nu de EPV 2.0.”
Uitgangspunten EPV 2.0
De nieuwe EPV is aangepast aan de geldende normen (NTA8800, BRL9500-W), de monitoringseisen zijn vereenvoudigd en de regeling is nu bij meer woningtypen toepasbaar. De EPV 2.0 is bijvoorbeeld makkelijker inzetbaar bij hoogbouw, en er wordt nu gewerkt met twee niveaus, te weten EPV ‘basis’, wat qua warmtevraag neerkomt op de Standaard voor isolatie, en EPV ‘hoogwaardig’ wat gelijk staat aan het isolatieniveau in de oude regeling. Daarnaast wordt er nu rekening gehouden met de compactheid (vormfactor) van de woning, wat bijvoorbeeld positieve gevolgen kan hebben voor hoekwoningen die in de oude EPV regeling soms lastig waren. Voor EPV ‘hoogwaardig’ mag een hogere vergoeding per vierkante meter worden geïnd dan voor EPV ‘basis’.
Eenvoudigere monitoringseisen
Sjoerd vervolgt: “Je moet tenminste de totale jaarlijkse hoeveelheid duurzaam opgewekte elektriciteit meten, én het totale jaarlijkse elektriciteitsverbruik voor ruimteverwarming, comfortkoeling en het bereiden van warm tapwater. Met andere woorden: minimaal een elektriciteitsmeter tussen je omvormer en de meterkast, en een elektriciteitsmeter op je warmtepomp. Op basis van die getallen, die jaarlijks gerapporteerd moeten worden, kun je aantonen dat je voldoende energie hebt opgewekt in relatie tot het verbruik. Als je de norm niet haalt moet het ontbrekende verschil worden gecompenseerd. Het is dus niet meer zo dat het recht op een vergoeding helemaal vervalt als de prestatie onvoldoende is.” Sjoerd schat in dat zo’n 95% van de bewoners een energieverbruik heeft dat niet tot problemen leidt. “Zeker niet als ze netjes inzicht hebben in hun energieconsumptie.”
“De jaarrapportage aan de huurder is vrij eenvoudig en overzichtelijk. De software hiervoor wordt inmiddels door verschillende partijen aangeboden, dus je kunt het gewoon inkopen.”
Extra kasstroom
Wat kan de EPV 2.0 een woningcorporatie ongeveer opleveren? Sjoerd geeft een schatting: “Als je je hele voorraad laat voldoen aan de isolatiestandaard plus aardgasvrij, maar je neemt de laatste stap naar extra zonnepanelen niet, dan creëer je geen extra kasstroom. Doe je dat wél, dan kun je voor hoogbouw gemiddeld rekenen op een extra kasstroom van zo’n 1000 euro per jaar, en 1650 euro voor grondgebonden woningen. Die schatting is exclusief de kosten voor de EPV-basis. Als we deze bedragen extrapoleren naar de renovatieafspraken uit de Nationale Prestatieafspraken tot en met 2030, waarbij je dus steeds die extra pv-maatregel neemt bovenop de reeds bestaande verplichtingen, dan levert de EPV 2.0 al in die eerste 7 jaar in potentie een totale extra kasstroom op van 2,5 miljard euro voor de sociale sector. Dit zeggen we mede op basis van lopend onderzoek van Finance Ideas in opdracht van het Verbouwstromen link platform”
“Maar je wil natuurlijk door naar 2050. Stroomversnelling heeft alvast een voorlopige berekening gemaakt op basis van een inflatie van 2%, een discontovoet van 6% en een looptijd van 30 jaar – met andere woorden: we gaan er vanuit dat je de komende 30 jaar EPV blijft incasseren. Als je dat afzet tegen de afschaffing van de verhuurderheffing, dan zie je dat de EPV 2.0 in potentie een Netto Contante Waarde (NCW) vertegenwoordigt van 56 tot 70 miljard euro, terwijl de afschaffing van de verhuurderheffing over dezelfde periode ‘slechts’ een NCW van 40 miljard euro vertegenwoordigt. De invoering van de EPV 2.0 kan dus een aanzienlijk effect hebben op de kasstroom van woningcorporaties.”
Bekijk de webtalk-video voor meer informatie
Eerdere EPV-webtalk (december 2022) n.a.v. de internet consultatie
Download de presentatie van Sjoerd Klijn Velderman
Zie ook:
Woonbond NOM-woningen met EPV – Onderzoek naar ervaringen van huurders (2021/2022)
Beeld: De sociale huurwoningen in Steenwijk die als eerste zijn aangemeld voor de EPV 2.0 (BAM Wonen/Sempergreen)